hellingbaan bb uitvoeren experiment

Pagina top navigatie elementen

Hellingbaan groep 8

uitvoeren experiment

Transcript

LEERLING 1: Als deze zo is dan gaat die meer zo en gaat die langzamer.
LEERLING 2: Ja en als die zo rechtdoor gaat dan gaat die op en neer. Dus dan is het eigenlijk zo, dit is 20 he? Want hier zijn er twee van 19 en twee van 21 dus dan is dat samen 20 ongeveer. 
LEERLING 1: Als je snelheid in totaal verder was dan moet je alles bij elkaar optellen en delen door het aantal keren. 
2:LEERLING 1: Doe jij eerst. 
LEERLING 2: 21.
LEERLING 1: 20.
LEERKRACHT: Schrijf nou eens op wat je dan gemeten hebt. Okee en hoe vaak moet je dat doen? 
LEERLING 1: 5 keer.
LEERLING 2: Hij moet hier zo blijven liggen.
LEERKRACHT: Wat is nu wat je anders hebt op de baan? Wat is nu alleen anders?
LEERLING 2: De zware knikker en de lichte knikker. 
LEERKRACHT: Liggen ze dus in het midden alle twee?
LEERLING 2: Ja.
LEERLING 1: Ja. 
LEERKRACHT: Dus het is één variabele (knikkers rollen naar beneden)
LEERLING 2: Weer 21.
LEERLING 1: 17 en 21. En net was baan 1: 21.
LEERKRACHT: Nou nog een keer, want je moest hoe vaak doen?
LEERLING 1: 5 keer.

Omschrijving

In deze fase voeren de leerlingen in groepjes het plan uit. Ze stellen de baan op zoals ze opgeschreven hadden op het werkblad. Ze voeren elk experiment meerdere keren uit om zeker te zijn van de resultaten. De leerlingen hebben samen met de leerkracht afgesproken dat ze de metingen 5 keer herhalen. In de bovenbouw moeten leerlingen een gemiddelde berekenen van deze 5 metingen. Pas daarna volgen er conclusies. 

Kijkwijzer

Zie je hoe de leerkracht het groepje leerlingen begeleidt? Ze stelt zich kritisch op: Wat is er nu anders aan de baan? Ze stimuleert kinderen hiermee om nog eens goed over hun experiment na te denken. Klopt de opstelling wel? Noteren we de resultaten wel? Hebben we wel genoeg metingen uitgevoerd? 

Lesfasen